Heerlen, 27 februari 2023
Appartementseigenaren betalen sinds 1 januari 2023 meer belasting over VvE-reserves dan huiseigenaren over hun spaargeld.
Appartementseigenaren betalen sinds kort belasting over de reserves van de Vereniging van Eigenaars (VvE) alsof het om een belegging gaat. Daarvoor geldt dan volgens de wet een veel hoger rendement van ruim 6%.
Echter;
- dat tegoed van de VvE staat op een gewone bankrekening;
- dat geld is (toch echt) meestal bestemd voor onderhoud en verduurzaming van het pand;
- het is juist de overheid die burgers aanspoort om verder te verduurzamen!
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelde op 10 januari jl. dat deze hogere belastingheffing op VvE-reserves niet juist is.
Kort gezegd constateert het hof dat waar gewone huiseigenaren over hun spaargeld rond de 0% belasting betalen, appartementseigenaren door de belastingdienst over de reserves van de Vereniging van Eigenaars (VvE) worden belast alsof het om een belegging gaat. Voor een dergelijke belegging geldt volgens de wet een veel hoger rendement van ruim 6%.
Het gerechtshof is van mening dat nu de VvE-reserves vrijwel altijd op een bankrekening staan, deze fiscaal hetzelfde moeten worden behandeld als een spaartegoed.
Tenzij de belastingdienst tegen deze uitspraak van het gerechtshof in cassatie gaat, is duidelijk dat het kabinet dit zal moeten oplossen en de appartementseigenaren niet langer kan (laten) aanslaan volgens het hogere rendement.
Het zou de overheid sieren om niet in cassatie te gaan en deze evidente ongelijkheid in fiscale behandeling weg te nemen. In het andere geval ligt het sterk voor de hand dat de Hoge Raad de overheid tot de orde zal roepen.
Bron: uitspraak Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 10-01-2023 (ECLI:NL:GHARL:2023:138, 20/01121)